Bubs Rapsbery Lemon Sour skulls

Beschrijving

Ingrediënten:

suiker, glucose-fructose siroop, water, maiszetmeel, zuurteregelaars (appelzuur, natriumcitraat), aroma’s, kleurstoffen (zwarte wortel concentraat, E100).

Hier is een leuk verhaal van 100 zinnen over Bubs Raspberry Lemon Sour Skulls in The Candy Shop!

Het avontuur in The Candy Shop

1. Emma liep enthousiast The Candy Shop binnen.
2. Haar ogen werden groot van alle kleurrijke snoepjes.
3. Maar ze was op zoek naar één specifiek snoepje.
4. Bubs Raspberry Lemon Sour Skulls!
5. “Waar zouden ze staan?” vroeg ze zichzelf af.
6. Ze liep langs rijen vol chocolade en gummies.
7. “Te zoet,” mompelde ze terwijl ze verder zocht.
8. Ze hield van een goede zuur-zoet combinatie.
9. Bubs Raspberry Lemon Sour Skulls waren haar favoriet.
10. Ze herinnerde zich nog de eerste keer dat ze ze proefde.
11. Het was liefde op het eerste gezicht – of eerste hap.
12. De framboos en citroen smaakten perfect samen.
13. Het zure laagje gaf een heerlijke kick.
14. En daarna volgde die zoete, zachte textuur.
15. “Ik moet ze vinden!” dacht Emma vastberaden.
16. Ze liep naar de rekken met zuur snoep.
17. Haribo, Skittles, maar nog steeds geen Bubs.
18. Ze begon ongeduldig te worden.
19. “Kan ik je helpen?” vroeg een vriendelijke stem.
20. Een medewerker keek haar glimlachend aan.
21. “Ja! Hebben jullie Bubs Raspberry Lemon Sour Skulls?” vroeg ze hoopvol.
22. De medewerker knikte.
23. “Ze zijn erg populair!” zei hij.
24. “Maar ik denk dat we er nog een paar hebben.”
25. Emma volgde hem naar een speciale hoek in de winkel.
26. Daar stonden grote bakken met Bubs-snoep.
27. Haar ogen lichtten op.
28. “Daar zijn ze!” riep ze blij.
29. Ze pakte een grote scheplepel.
30. De geur van framboos en citroen vulde de lucht.
31. Ze schepte een flinke portie in een zakje.
32. “Dit wordt het beste snoepmoment ooit,” zei ze grijnzend.
33. De medewerker lachte.
34. “Goede keuze! Ze zijn echt lekker.”
35. Ze liep naar de kassa om af te rekenen.
36. De rij was kort, gelukkig.
37. “Dat wordt €3,50,” zei de kassamedewerker.
38. Emma gaf haar geld en pakte haar snoep aan.
39. Ze kon niet wachten om ze te proeven.
40. Maar ze moest zich inhouden tot ze buiten was.
41. Zodra ze door de deur stapte, opende ze het zakje.
42. Ze pakte een skull en stopte het in haar mond.
43. Haar gezicht vertrok van het zure laagje.
44. Maar na een paar seconden kwam de zoete smaak door.
45. “Perfectie!” riep ze blij.
46. Ze liep door de stad met een glimlach.
47. Elke keer als ze een skull at, genoot ze intens.
48. “Ik had er nóg meer moeten kopen,” bedacht ze zich.
49. Misschien ging ze straks wel terug.
50. Maar eerst genoot ze van haar snoep.
51. Ze keek om zich heen.
52. Mensen wandelden voorbij, sommigen met ijsjes.
53. Anderen met een zakje snoep, net als zij.
54. Ze voelde zich even helemaal gelukkig.
55. Snoep kon echt een dag beter maken.
56. Ze proefde nog een skull.
57. Dit keer proefde ze meer framboos dan citroen.
58. De textuur was heerlijk chewy.
59. Ze herinnerde zich waarom dit haar favoriet was.
60. “Misschien deel ik er een paar,” dacht ze.
61. Maar ze wist al dat dat moeilijk zou zijn.
62. Haar vriendinnen hielden ook van zuur snoep.
63. Ze zou dit zeker met hen moeten delen.
64. Of misschien zou ze nog een extra zakje halen.
65. Ze keek achterom naar The Candy Shop.
66. “Waarom